U ontvangt de tegemoetkoming normaliter alleen voor die weken waarin de leerling daadwerkelijk wordt begeleid, ongeacht het aantal dagen waarop begeleiding plaatsvond. Voor werkgevers die te maken hebben gehad met gedwongen sluiting tot en met 19 mei brengt RVO de weken waarin zij de bbl-studenten niet konden begeleiden, niet in mindering op de subsidie. Ditzelfde geldt voor bedrijven die weliswaar niet gedwongen gesloten waren, maar die toch moesten sluiten, omdat voortzetting van het bedrijf, met inachtneming van de richtlijnen van het RIVM, niet verantwoord was.

De hoogte van de subsidie hangt af van het aantal weken waarin de leerling praktijkbegeleiding kreeg gedurende het schooljaar.

In juni was de mogelijkheid om al een voorschot van de subsidie praktijkleren aan te vragen voor de periode tot en met 31 maart. Bedrijven die gebruik hebben gemaakt van dit voorschot dienen voor het tweede deel van het schooljaar nog een definitieve aanvraag in te dienen. Wanneer dit niet tijdig wordt gedaan zal het voorschotbedrag worden teruggevorderd.